Het vinden van uw partner: ‘slechte’ manieren om iemand te ontmoeten bestaan niet.

Hieronder volgt een deel van een eerste adviesgesprek met Pieter, een 42-jarige ondernemer. Na een aantal algemene vragen over levensloop en werk, komt nu het onderdeel relaties aan bod.

Pieter: Ik ben nu ruim zes jaar single. Ik heb wel een paar korte relaties gehad in die tijd maar nooit langer dan een paar maanden. Iets echt serieus wil maar niet lukken.

Michel: Hoe actief ben je met zoeken? Wat heb je tot nu toe zoal geprobeerd?

Pieter: Internet natuurlijk. En vorig jaar heb ik me bij een relatiebureau ingeschreven.

Michel: Wat zijn je ervaringen daarmee?

Pieter: Aan internet heb ik die korte relaties over gehouden. Maar dat schoot dus niet op. En ik wil toch ook nog graag kinderen. Vorig jaar heb ik me daarom bij een relatiebureau ingeschreven. Ik wil niet dat mensen straks denken dat mijn kinderen met hun opa op straat lopen als ze mij zien dus mijn tijd raakt gewoon op. Maar inmiddels heb ik al een aantal vrouwen ontmoet, en hun matches lijken helemaal niet op wat ik zoek. Nog even en ik ben weer een jaar ouder. En bovendien duurt het elke keer best lang voordat ze weer met een nieuw voorstel komen.

Michel: Bij welk bureau heb je je ingeschreven? En waarom specifiek bij dat bureau?

Pieter: Bij (….). En waarom bij hen, tja. Ik had op internet er een paar uitgezocht via Google. Deze stond er ook bij, was ook nog lid van de branchevereniging. Er kwam een mevrouw gratis bij me thuis, heel makkelijk. Ze zei dat 75%, zeg maar drie op de vier mensen bij hen binnen een jaar slaagt. Ik vond 75 % zo hoog dat ik dacht: waarom zou dat voor mij niet gelden?

Michel: De branchevereniging die in de relatiebemiddeling bestaat, is niet een echte branchevereniging, althans niet één die door de overheid of de Consumentenbond wordt erkend. Je moet het meer zien als een commercieel samenwerkingsverband tussen enkele bureaus. En zulke percentages moet je met een grote korrel zout nemen. Of eigenlijk met een heel kilo. Er is geen één bureau dat via onafhankelijk onderzoek kan aantonen dat zo’n slagingspercentage van hen ook maar bij benadering waar is en dan heb je het dus letterlijk over vele tientallen procenten verschil met wat ze opgeven en wat ze feitelijk scoren. Dus je moet vooral kijken naar het verhaal van het bureau, of dat naar gebakken lucht ruikt of niet, al dan niet bevestigd door hun werkwijze en hun feitelijke expertise. Wat voor indruk maakte hun consulente, die mevrouw op je?

Pieter: O, die was heel aardig. Ze was jaren lang enkele dagen in de week secretaresse geweest op een Ministerie maar ze wilde meer met mensen doen dus was ze een paar jaar geleden geswitcht naar dit. Ze was heel oké, een hele doortastende dame, we waren in iets meer dan een uur klaar.

Michel: En toen had ze je hele profiel klaar? En wist ze wie bij je paste, met de inschrijfformulieren uitgelegd en ondertekend erbij? Dat is knap in zo’n korte tijd. Maar je kunt je afvragen of kwaliteit in een profiel in een uurtje echt haalbaar is.

Het gesprek ging door, en kwam op een gegeven moment weer terug op internet, en op de mogelijkheid om naast het relatiebureau (kosten: bijna 1000 euro) toch ook weer via internet te gaan zoeken.

Pieter: Daar zie ik eigenlijk niets in. Ik heb het echt wel een tijd geprobeerd, maar het schiet gewoon niet op. Het zegt ook allemaal zo weinig want al die profielen lijken op elkaar.

Michel: Tja. Ideaal is het natuurlijk niet, maar dat is niets. Je moet het kanaal alleen wel op z’n merites blijven beoordelen. Eigenlijk moet je het zo zien: slechte manieren om mensen te ontmoeten bestaan niet, alle manieren waarop dat gebeurt zijn per definitie goede manieren omdat mensen elkaar op al die manieren vinden. Dus of het nou via internet daten is of via een relatiebureau of via speed daten of via weet ik veel wat, dat is allemaal goed. Want mensen vinden elkaar zo. Je moet alleen bij elk kanaal kijken wat de voor- en nadelen zijn en daar een afweging in maken. Hoeveel tijd kost het me, hoeveel geld, vind ik het leuk, wat is het rendement, dat soort zaken.

Pieter (denkt even na): Het gaat me vooral om het rendement. En hoeveel tijd ik er mee kwijt ben, hoe minder hoe beter. Of ik het leuk vind, telt minder en het geld maakt me eigenlijk helemaal niet uit. Ik zie het gewoon als een investering, net als in mijn werk.

Michel: Het verschil is dat het juist geen werk is, maar privé, dus dat je dit juist expliciet voor je plezier doet. Dat betekent dat wel of niet leuk eerder leidend moet zijn in je keuze dan niet belangrijk. Als iets voelt als corvee of nog erger, wordt het lastig voor de liefde om haar te laten plaatsvinden.

Pieter (denkt weer even na): Dan valt internet sowieso af. Zo heel leuk om daar met foto en al te staan vond ik het al niet, het kan toch ineens zo zijn dat mijn personeel me daar ziet. En bovendien eer dat je tot een afspraak komt ben je al snel alweer weken verder met mailen. En dan denk je goh wat een leuke vrouw en dan ontmoet je haar in het echt en dan valt het weer tegen.

Michel: Internet heeft naast veel voordelen natuurlijk ook zijn nadelen, inderdaad, alhoewel aan de laatste twee die je nu opnoemt wel wat kanttekeningen zitten. Maar dat doet niet zo ter zake nu, als het echt niet goed voelt, valt die af. Betekent wel dat de alarmbel bij mij afgaat, want als er teveel kanalen afvallen om wat voor reden dan ook, roept dat automatisch de vraag op waarom dat dan zo is. Immers, er zijn genoeg mensen voor wie een willekeurig kanaal werkt dus als er teveel zijn die niet bij je passen, wordt het iets in jou dat daarvoor verantwoordelijk is en lijk je er dus onvoldoende voor open te staan. Hoe kijk je bijvoorbeeld tegen een contactadvertentie aan?

Pieter: O, dat zou ik prima vinden. Laat ze me allemaal maar schrijven, dat kijk ik wel wat ik er mee doe. Toen ik net begon en mijn eigen mensen nog aannam heb ik dat vaak genoeg gedaan en dat ging me heel goed af, alhoewel ik één twee drie niet meteen zou weten wat ik dan moet schrijven voel ik. En contactadvertenties zie je bijna nooit meer, behalve soms van die heel grote, van dat bureau van (…). Maar nu je het zegt, ik heb daar toch wel over na gedacht. Als het zou werken, zou ik het geld er namelijk zo voor over hebben, dat interesseert me niet zoveel, maar iets heeft me tot dusver toch nog tegengehouden denk ik. Maar als jij denkt dat het zou werken, prima, voor mijn part huur ik een hele pagina af.

Michel (lacht): Een hele pagina is wat veel. Ik denk überhaupt als je er over nadenkt dat grote en opvallende advertenties hun doel wel eens zwaar voorbij zouden kunnen schieten, alhoewel het natuurlijk wel fijn voor het bureau zelf is als een cliënt toestemming geeft dat te doen. Want niet alleen is het directe opvallende reclame voor het bureau, maar ook komt het bureau op die manier gratis in contact met nieuwe potentiële cliënten.

Pieter: Ik begrijp wat je bedoelt, maar dat zou ik in dit geval minder erg vinden. Als het maar zou werken.

Michel: Ja, maar dat is nu juist de hele vraag, nog even los gezien of je zo’n scheve deal ooit zou accepteren als het om iets zakelijks ging. Want kijk eens goed naar wat je eigenlijk communiceert met zo’n advertentie. Wat springt bijvoorbeeld het meest in het oog, de omvang c.q. de vorm en dus de kosten daarvan of de inhoud?

Pieter: Nou, de vorm natuurlijk. Iedereen ziet meteen de kosten. Maar dat is toch ook de bedoeling? Je komt meteen ontzettend binnen bij mensen, je bent niet te negeren.

Michel: Ja, en dat zou heel goed zijn als je iemand zou zoeken om een belangrijke functie te vervullen in een groot, succesvol bedrijf, omdat je met zo’n advertentie laat zien dàt het om een groot en succesvol bedrijf gaat. Maar een functie in een bedrijf proberen te vervullen is iets heel anders dan een levenspartner zoeken. Werving voor een bedrijf gaat om capaciteiten, ervaring, geschiktheid, dat soort zaken naar aanleiding van de functie-eisen en het profiel. Helemaal precies weet ik dat ook niet, want het is niet mijn specialisme. Maar liefde gaat niet om capaciteiten en dergelijke, dat gaat om emotionele verbinding. Oftewel de vraag waarom jij voor de ene vrouw bereid zou zijn een oceaan over te steken om bij haar te zijn en omgekeerd, terwijl een andere vrouw en jij nog niet een kilometer voor elkaar zouden willen afleggen. Dààr gaat liefde om. En dan heeft het dus geen zin om 10 of 20 pluspunten of karakteristieken op te sommen. Maar daar ging het niet over, het ging over of het in de liefde verstandig lijkt om zo’n grote advertentie te zetten. Ik zou dus zeggen van niet, al was het alleen maar om de gelijkswaardigheidsbalans niet te veel onder druk te zetten.

Pieter: De gelijkwaardigheidsbalans, wat is dat?

Michel: Nou, dat is de balans in gelijkwaardigheid, het woord zegt het al. En dat houdt in dat mensen zeker bij aanvang van een relatie vooral niet het gevoel moeten hebben dat die verstoord is of scheef. Ik denk dat ik het functioneren van die balans het beste kan uitleggen met het aloude gezegde, ‘waar er twee ruilen, moet er één huilen’: ergens in je gevoel zit dat besef, of liever gezegd het gegeven dat het bij een ruil een mogelijke uitkomst kan zijn, dat één van de twee door de ruil moet huilen, dus tekort wordt gedaan en spijt krijgt. Een relatie kun je vanuit je gevoel zien als een soort ruil: je geeft liefde en als het goed is, krijg je dat ook. Maar je wilt natuurlijk niet dat jij degene bent die door de ruil aan het kortste eind trekt en als gevolg daarvan moet huilen. Oftewel dat je significant meer geeft dan krijgt.

Pieter: Oké, dat begrijp ik, maar wat heeft dat met de omvang van zo’n advertentie te maken?

Michel: Heel simpel. Stel dat je naar de markt gaat om appels te kopen en stel je voor dat je al weet dat je appels wilt kopen nog vòòrdat je op de markt bent. Nu zie je daar een groentestal en wat denk je, bakken vol met appels. Dus je maakt een beweging om naar dat stalletje te gaan, maar nog voordat je die beweging hebt kunnen afmaken, word je aan je jas getrokken door één van de verkopers van dat stalletje die op de markt rondlopen en die zegt tegen je ‘meneer, daar zijn appels. Lekkere appels, heerlijke appels, die moet u zèker kopen.’ En vervolgens probeert hij je met een grote glimlach naar dat stalletje te dirigeren. Ondertussen komt een andere verkoper vanachter dat stalletje vandaan en met uitgestoken hand op je af. En de derde verkoper staat al breed lachend een grote zak appels te vullen terwijl hij onderwijl roept dat je nergens betere en goedkopere appels zult vinden. Afijn, misschien koop je inderdaad appels op dat moment, als je bijvoorbeeld moeilijk nee kunt zeggen, of misschien niet, als je juist geneigd bent dat te snel te doen, maar ik garandeer je dat als je de appels eet, ze een bijsmaak zullen hebben, gewoon omdat je gevoel het niet vertrouwt: ze wilden te graag je appels verkopen, waardoor je gevoel - ook al ging je specifiek naar de markt om appels te kopen – automatisch zich opnieuw ging afvragen of jij dat ook wel wilde. Want waar er twee ruilen, moet er één huilen en je gevoel wil dat natuurlijk niet zijn. Oftewel het te graag willen verkopen verstoorde de gelijkwaardigheidsbalans teveel.

Pieter: Een grappig verhaal, ik kijk de volgende keer anders naar een appel. Maar ik zie nog steeds niet wat dat met die advertentie te maken heeft.

Michel: Je moet kijken naar wat je communiceert met zo’n advertentie. Allereerst dat je het geld hebt om zo een advertentie te laten plaatsen. Dat trekt eerder misschien goudzoekers aan dan mensen die op de inhoud reageren, dus volkomen de verkeerde doelgroep. Maar stel in het ideale geval dat je die allemaal doorhebt. Dan blijf je nog zitten met het feit dat je óók communiceert dat je het er voor over hebt zo’n grote advertentie te zetten en zoveel kosten te maken dus dat je wel heel erg graag een partner wilt hebben, óf dat het blijkbaar heel moeilijk voor je is er één te vinden waardoor het nodig is zo’n zwaar middel in te zetten. In termen van de marktkoopman wil je dus óf wel heel graag appels verkopen, óf blijkt het wel heel moeilijk voor je te zijn een koper te vinden. Vanuit beide mogelijkheden wordt de gelijkwaardigheidsbalans direct al in het begin verstoord, waardoor je met één of twee nul achterstaat nog voordat je begonnen bent.

Pieter: Ik moet zeggen dat ik er nog nooit zo naar gekeken heb, maar het klinkt eigenlijk wel logisch wat je zegt. Maar hoe zo sta je daardoor direct dan al met één of twee nul achter?

Michel: Stel je voor dat je op zo’n advertentie reageert en het tot een ontmoeting leidt met de vrouw voor wie die is opgesteld. Jullie eerste ontmoeting is ergens op een neutrale plek. Jullie willen allebei een partner als je naar die ontmoeting toegaat, dat is gelijk. Maar zij heeft heel veel moeite gedaan en kosten gemaakt om jou op die plek te krijgen, jij niet. Wie zal meer balen denk je als het uiteindelijk niets wordt? Zij die zo veel heeft geïnvesteerd in tijd, geld en ook emotie - want omdat het zo zwaar wordt aangezet vergt het hele proces dat zij heeft doorlopen best wel wat van iemand - of jij, die misschien impulsief besloten heeft te reageren op een advertentie toen hij die toevallig voorbij zag komen? Oftewel voor haar hangt er veel meer vanaf dan voor jou, omdat haar investering veel groter is geweest. Of beter gezegd eigenlijk té groot is geweest. En daardoor staat ze meteen achter, is ze meteen al in het nadeel nog voordat jullie één woord met elkaar gewisseld hebben. Omdat de gelijkwaardigheidsbalans dus teveel verstoord is geraakt.

Pieter: Oké, nu begrijp ik het. Ik kan me voorstellen dat je gelijk hebt, het klinkt in ieder geval logisch wat je uitlegt. Maar daar staat dan wel tegenover dat je waarschijnlijk wel heel veel reacties krijgt via zo’n grote advertentie. Dus heb je vermoedelijk wel heel veel keus.

Michel: Nou, ook dat waag ik te betwijfelen, ten minste als je als criterium neemt reacties waar je wat aan hebt, dus waarmee het uiteindelijk zou kunnen klikken. Ik heb zelf toen ik een jaar of 20 geleden met dit werk begon ook eerst contactadvertenties gezet uit naam van het bureau dat ik toen had, maar ik ben na verloop van tijd ook gaan experimenteren met advertenties gewoon uit naam van een particulier. Het bleek toen dat de advertenties uit naam van een particulier veel betere reacties gaven dan die vanuit een bureau.

Pieter: Hoe kan dat nou, een bureau geeft toch veel meer vertrouwen?

Michel: Nou, je communiceert gewoon iets anders met een bureau, omdat het precies is wat het is, namelijk het bureau plaatst een advertentie. En begrijp me goed, dat is natuurlijk hele goede reclame voor het bureau, vandaar dat je het nog wel regelmatig tegenkomt ook. Maar mensen die op een advertentie van een bureau reageren, kun je eigenlijk in drie groepen verdelen. De eventuele goudzoekers dus, als het om een relatief dure advertentie gaat. Dan de mensen die eigenlijk iets van het bureau willen, bijvoorbeeld op een makkelijke en vrijblijvende manier te weten komen hoe ze in de markt liggen of wat het bureau eventueel voor ze zou kunnen doen, bij voorkeur natuurlijk gratis. En als derde groep de mensen die echt op de advertentie reageren, maar die reageren vanuit het besef dat de opsteller de tekst niet zelf heeft gezet, maar daarvoor iemand heeft ingehuurd. Waarom? Kan die persoon het niet zelf? Is die persoon zo moeilijk te matchen? De gelijkwaardigheidsbalans staat sowieso al onder druk bij een contactadvertentie, en dit soort dingen maken het er niet beter op. Dus kun je veel beter de advertentie uit naam van de particulier zetten en dan niet al te opvallend. Je bent de eerst twee groepen dan kwijt en het proces zelf is veel neutraler. Liefde overkomt ons, als het zo moet zijn op die manier op dat moment, gebeurt het echt wel.

Pieter: Oké, maar ik zit hier toch ook bij jou. Stel dat ik met of via jou een advertentie plaats, moet ik dat dan ook maar niet zeggen als ik een vrouw zou ontmoeten die daarop had gereageerd?

Michel: Dat zeg ik niet, het is geen geheim. Natuurlijk mag iemand het weten als je daar serieus mee zou zijn. Maar zoiets in een date vertellen als je voelt dat het klikt, is heel iets anders dan er mee adverteren of er mee op je voorhoofd naar de date toegaan. Sterker nog, ik zou het zelfs aanbevelen om het gewoon te zeggen op een date als je merkt dat het klikt. Als ze er niet tegen kan, kun je dat beter dan maar weten dan dat je er nodeloos tijd in stopt.

Pieter: Ja, zo kun je het ook bekijken. Toch heb je me wel aan het denken gezet merk ik met die gelijkwaardigheidsbalans. Nooit geweten dat die bestond, laat staan hoe belangrijk die was. Maar nu ik dat weet, kan ik daar natuurlijk rekening mee houden en eventueel bij mezelf voor corrigeren.

Michel (lacht): ja, wie weet. Ik denk niet dat dat heel eenvoudig zal zijn want het zijn vrij autonome processen waar je over praat. Maar je kunt het natuurlijk altijd proberen.

Het gesprek ging nog even door. Toen wilde Pieter een coaching traject om zoals hij zei het nu een keer helemaal goed te doen. Vervolgens gingen we aan de slag. Hij was serieus en na enkele gesprekken kon worden benoemd wat hij emotioneel zocht in een relatie, oftewel wat maakte dat met een vrouw verbonden wilde raken. Daarnaast bleef hij actief en op een gegeven moment gingen we over tot het plaatsen van een kleine, particuliere contactadvertentie in het NRC. Daarop kwamen enkele leuke reacties, maar niet meer dan dat. Na enkele maanden plaatsten we vrijwel dezelfde advertentie, alleen met enkele kleine aanpassingen. In de reacties die daarop kwamen, bleek ook de vrouw te zitten die met Pieter klikte.

Vorige pagina